Vlak voor de vrieskou bouwt de drijvende ijsbaan in Leiden af. ’Iedereen heeft bij ons geoefend, nu kunnen ze de natuur in’
Net voor het gaat vriezen, moet de drijvende ijsbaan op de Nieuwe Rijn in Leiden alweer afbouwen. Organisator Jeroen Weijermars van de stichting Sport in Beeld kijkt op de laatste dag te midden van de enthousiastelingen in knaloranje schaatsen tevreden terug.
„We hebben een goed jaar gedraaid ondanks heel veel regen. Dat nodigt natuurlijk niet uit om hier te komen schaatsen. En die temperatuur is wel een interessante. We hebben 10 graden gehad, dan moeten de machines hard werken. Als het vriest, dan hebben we ze niet nodig. Aan de andere kant maakten we ons vorig jaar zorgen toen we begonnen met -10 graden. Dan gaat iedereen het natuurijs op. Nu hebben ze bij ons geoefend en kunnen ze de komende weken de natuur in.”
De warmere dagen kostten wel meer dure stroom, realiseert Weijermars. Naast de moeilijke startjaren in coronatijd en de verloren materialen door de brand in Ter Aar in juni 2023, zorgt ook dit voor serieuze overwegingen. „Als stichting moet je de risico’s wel kunnen dragen.”
De bijdrage die de stichting van de gemeente krijgt is in 2015 vastgesteld. „Als we doorgaan, moeten we daarover in gesprek met de stad en met de omliggende handel en horeca die ook profiteren van onze bezoekersaantallen.”.
Leuker Leiden
„Het is niet een gegeven, niet vanzelfsprekend, dat de ijsbaan er volgend jaar weer is, maar we gaan er alles aan doen”, zegt een vastbesloten Weijermars. „Alles hieraan is mooi. Wij kunnen bijdragen aan een leuker Leiden. Dat zie je aan de vijfentwintigduizend glimlachende mensen.”
Weijermars wijst ook op de maatschappelijke functie van de ijsbaan. Ze organiseerden evenementen voor verschillende doelgroepen zoals een prikkelarme middag, schaatsen voor mensen met een visuele beperking en een ochtend voor families in Disney’s Frozen thema.
De Voedselbank en de Binnenvest kregen vrijkaartjes en onder de vrijwilligers lopen studenten, stagiairs en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Op het ijs schaatsen expats en vluchtelingen hun eerste rondjes.
Vol trots gebaart Weijermars om zich heen. „We hebben het dit jaar goed gedaan met elkaar. Ik ben retetrots op ons enorme peloton aan vrijwilligers. Mensen realiseren zich dat vaak niet, maar zij werken in totaal 3800 uur in vier weken.”
Dikke strot
De laatste dag sluiten ze zondagmiddag iets voor vijf uur samen af. „Als je het zo zegt, is het wel melancholisch”, Weijermars slikt hard. „Daar krijg ik wel een dikke strot van. Maar het is ook fijn om deze week weer op de bank te zitten.” Lang hoeft hij niet te wachten, in februari starten alweer de voorbereidingen voor de volgende editie.
„Bedankt, tot volgend jaar!”, klopt een vrijwilliger op Weijermars’ schouder. Die glundert. „Kijk, daar doe je het voor.” (Foto: Hielco Kuipers)